Tijdens de Septemberverklaring gaf Vlaams minister-president Jan Jambon aan dat de registratierechten worden aangepast. De starters op de vastgoedmarkt zijn de winnaars en de kopers van een bijkomend vastgoed, professioneel vastgoed of bouwers zijn de verliezers.
3% registratierechten in plaats van 6%
Vanaf 1 januari 2022 betaalt iemand voor zijn eerste woning nog maar 3% registratierechten. Dat is de helft van de oude regeling. Bij de aankoop van een woning van € 350.000 scheelt dit € 10.500. Dit zal het dus iets makkelijker maken om de steeds hoger wordende eigen inbreng om in aanmerking te komen voor een lening bij elkaar te sparen.
Ga je verhuizen? Dan zal ik je ook 3% betalen als je geen ander vastgoed bezit. De vorige woning moet dus worden verkocht. De meeneembaarheid van de registratierechten tot € 13.000 verdwijnt vanaf 2024.
Van 10% naar 12%
Koop je een bijkomend vastgoed naast de gezinswoning? Dan stijgen de registratierechten van 10% naar 12%. Koop je dezelfde woning als uit ons eerste voorbeeld van € 350.000 als tweede verblijf? Dan betaal je volgens de nieuwe regeling € 42.000 aan registratierechten. Dat is dus € 7.000 meer dan onder de oude regeling. Ook voor professioneel vastgoed stijgen de registratierechten van 10% naar 12%.
Wat als je gaat bouwen?
Wanneer je wilt gaan bouwen ben je vanaf 2022 slechter af. Bij de aankoop van de grond moet je registratierechten betalen. Deze stijgen van 10% naar 12%. Voor de rest wijzigt er niets, op de werken zelf betaal je nog steeds 21% BTW.
Actie ondernemen of afwachten?
Ben je van plan om een tweede verblijf, investeringspand, zakelijk vastgoed of bouwgrond aan te kopen? Dan is het interessant om dat nog in 2021 te doen. Aan het sparen om je eerste woning te kopen? Dan zorgt wachten tot 2022 voor een halvering van de te betalen registratierechten.